Gepubliceerd op 30-04-2019

BEEKMAN, CHRIS HENDRIK

betekenis & definitie

BEEKMAN, CHRIS HENDRIK - Geb. 28 Mei 1887 te 's-Gravenhage. Opl. Haagsche Academie; modelklas onder Frits Jansen.

Lid van „De Onafhanke¬lijken" en „De Brug", op wier tentoonstellingen hij regelmatig te Amsterdam exposeert. Exp. des In¬dépendants te Parijs in 1938. Werk in het Gemeente Museum te Amsterdam. 12 schilderijen, 50 teekeningen en 15 grafische werken bevinden zich in de Kröller-Müller Stichting (Hooge Veluwe) en in de col¬lectie H. P. Bremmer. Onderw. Figuur, Landschap, Stilleven. Aanvankelijk onder den invloed der Haag¬sche School, overgegaan omstreeks 1920 tot de kubitische richting; thans is zijn werk meer op het sociale element gericht.

Litteratuur Dr. F. M. Huebner „Die neue Malerei in Holland''. S. Goudsmit in „Groot Nederland", Febr. 1927. Maandblad „Beelden¬de Kunst" onder H. P. Bremmer Sept. 1921, Oct. 1932, Maart 1933. „De Moderne Grafiek" door G. Sluyter, 1928. Woont te Amsterdam.

< >