Literatuur, Geschiedenis en Theorie

J.A. Dautzenberg (2009)

Gepubliceerd op 08-02-2017

Louis Couperus

betekenis & definitie

Nederlands romanschrijver (Den Haag 10.6.1863 – De Steeg, Gld., 16.7.1923). Bracht een deel van zijn jeugd door in Nederlands-Indië (1872-‘77).

Studeerde MO-Nederlands. Van 1893 tot 1914 verbleef hij grotendeels in het buitenland, voornamelijk Frankrijk en Italië. Tijdens de Eerste Wereldoorlog woonde hij in Den Haag. Journalist bij Het Vaderland en De Haagsche Post. Korte tijd redacteur van De Nieuwe Gids (1894-‘95); medeoprichter van het literaire tijdschrift Groot Nederland (1903), waarvan hij tot 1921 redacteur was. Hij maakte talrijke verre reizen, o.a. naar China en Japan. Over het algemeen wordt Louis Couperus, de belangrijkste Nederlandse prozaschrijver van rond de vorige eeuwwisseling, gerekend tot de Tachtigers, hoewel hij buiten de groep rond Kloos en De Nieuwe Gids stond. Er is echter een nauwe verwantschap tussen de Hagenaar Couperus en de Amsterdamse groep: evenals Van Deyssel was hij een dandy, evenals Van Eeden schreef hij allegorische sprookjesromans; hij publiceerde – onbeduidende – impressionistische poëzie en – zeer belangrijk – naturalistisch en realistisch proza.

Zijn 26 romans kunnen in drie groepen verdeeld worden: de naturalistisch-realistische, de sprookjesachtige en de historische. Zijn prozadebuut was Eline Vere (1889), waarmee hij in één klap beroemd werd. De hoofdpersoon is een jonge willoze vrouw die langzaam maar zeker – mede door een lichamelijke kwaal – tot zelfmoord komt. Naast haar staan allerlei andere figuren, zoals haar zuster Betsy, die in alles Elines tegendeel is, en haar neef Vincent, een lusteloze profiteur, die een grote invloed op haar heeft. Dit boek is Couperus’ eerste meesterwerk. Ook al is zijn stijl naar onze smaak misschien iets te ‘weelderig’, iets te verfijnd, hij slaagt erin het zielenleven van Eline volkomen overtuigend te presenteren. Bovendien is het boek veel meer dan alleen een portret van de hoofdpersoon, het is in feite een grote schildering van de Haagse ‘chic’ uit het fin de siècle. Juist als portrettist van grote groepen is Couperus op zijn best: als geen ander slaagt hij erin een reeks karakters en hun onderlinge relaties zo zichtbaar te maken dat ze voor de lezer tot leven komen.