Gepubliceerd op 13-06-2017

Maizière, Lothar de (1940)

betekenis & definitie

Duits politicus; in 1990 een aantal maanden premier van de Duitse Democratische Republiek (DDR).

De Maizière studeerde viool aan het conservatorium in Oost-Berlijn en speelde tot 1975 in verschillende orkesten. Daarnaast studeerde hij van 1969-75 rechten. Als advocaat nam hij het herhaaldelijk op voor burgers van de DDR die wegens hun christelijk geloof in conflict met de staat waren gekomen. In 1986 werd De Maizière vice-voorzitter van de Bond van Evangelische Kerken in de DDR. In 1989 volgde het voorzitterschap van de Ost-CDU, de Oost-Duitse christen-democratische partij. In november van datzelfde jaar werd hij vice-premier onder premier Hans Modrow.

Na de eerste vrije verkiezingen in de DDR van maart 1990, die werden gewonnen door de Ost-CDU, werd Lothar de Maizière minister-president. Hij was de eerste niet-communistische premier van de DDR. Zijn regering sprak zich uit voor aansluiting van de DDR bij de BRD. Na de Duitse hereniging in oktober 1990 werd De Maizière minister zonder Portefeuille in de vernieuwde regering van bondskanselier Helmut Kohl. Tevens werd hij vice-voorzitter van de nieuwe CDU. In december 1990 beschuldigden de Duitse media hem ervan voor de Oost-Duitse geheime dienst (Staatssicherheitsdienst) te hebben gewerkt. Hoewel De Maizière alle beschuldigingen ontkende, besloot hij toch zijn beide functies op te geven. Hij bleef wel lid van de Bondsdag.