Gepubliceerd op 13-06-2017

Franse Unie

betekenis & definitie

De naam van het Franse koloniale rijk, dat bij de grondwet van 1946 in het leven werd geroepen.

Op een conferentie in 1944 in het Afrikaanse Brazzaville hadden leiders van Franse koloniën in West- en Equatoriaal-Afrika met generaal de Gaulle afspraken gemaakt over de naoorlogse situatie. Op de conferentie verzette de Gaulle zich tegen onafhankelijkheid van de koloniën. Er werd afgesproken dat er in de koloniën volksvertegenwoordigingen zouden komen die deel zouden mogen nemen aan verkiezingen voor het Franse parlement in Parijs. De Franse Unie van 1946 legde deze afspraken vast.

In de Unie kregen de gebieden een verschillende graad van zelfbestuur. De nationalistische bewegingen in Indochina dwongen Frankrijk in 1954 Cambodja en Laos autonomie te geven. De Franse nederlaag bij de vesting Dien Bien Phu leidde in 1954 tot de deling van Vietnam. Zuid-Vietnam bleef tot 1956 in de Franse Unie, terwijl Noord-Vietnam onafhankelijk werd. Inmiddels was het proces van dekolonisatie ook in Afrika begonnen. Marokko en Tunesië werden in 1956 zelfstandig.

Na het totstandkomen van de Vijfde Republiek in 1958 werd de Franse Unie omgezet in de Franse Gemeenschap. De Gemeenschap was samengesteld uit de Franse Republiek en de veertien voormalige koloniën in Afrika. De gebieden kregen intern zelfbestuur, maar de meeste werden in 1960 eveneens onafhankelijk. Algerije, waar een grote Franse minderheid leefde en waarmee Frankrijk sterke banden had, zorgde voor de meeste moeilijkheden. Hier brak in 1954 de Algerijnse onafhankelijkheidsoorlog uit. Uiteindelijk verleende president Charles de Gaulle ook dit land in 1962 autonomie. De Franse Gemeenschap werd in 1979 ontbonden.