Gepubliceerd op 13-06-2017

Alfonsín Foulkes, Rául (1926)

betekenis & definitie

Argentijns politicus; de president (1983-89) die de overgang van militaire dictatuur naar democratie markeerde.

Alfonsín was de zoon van een vanuit Spanje geïmmigreerde winkelier. Na zijn rechtenstudie begon hij een advocatenpraktijk in zijn geboorteplaats Chascomus, ongeveer honderd kilometer ten zuiden van Buenos Aires. In 1951 en 1958 werd hij in het regionale parlement van Buenos Aires gekozen. In 1963 kwam Alfonsín in de landelijke politiek als vice-voorzitter van de Union Civica Radical (UCR) (Radicale Burgerunie) in het Huis van Afgevaardigden. In 1972 richtte hij binnen zijn partij de Beweging voor Vernieuwing en Verandering op. Deze centrum-linkse fractie voerde oppositie tegen de Argentijnse junta, die sinds 1976 een bloedige, misdadige dictatuur uitoefende.

In de loop van 1983 gaf de junta te kennen de macht te willen neerleggen. Alfonsíns partij won de verkiezingen van 30 oktober 1983. Op 30 november werd hij door een kiescollege tot president gekozen. Nadat de junta op 5 december 1983 was teruggetreden, werd Alfonsín op 10 december 1983 de eerste burgerpresident sinds acht jaar. Zijn pogingen om de juntaleden voor hun misdaden ter verantwoording te roepen, slaagden maar zeer gedeeltelijk vanwege de grote invloed die de militairen in Argentinië behielden. Daarnaast had de regering-Alfonsín te kampen met een moeilijke economische situatie als gevolg van de grote schuldenlast en de hoge inflatie. Bij de verkiezingen van 14 mei 1989 stemde de bevolking in grote meerderheid op de peronistische tegenkandidaat Menem en trad Alfonsín voortijdig af.