Lexicon van de Nederlandse Landstreken

dr. H.A. Visscher (2002)

Gepubliceerd op 24-02-2017

Schermer

betekenis & definitie

Een van de grote 17de-eeuwse droogmakerijen in Centraal Noord Holland. Vroeger werd de polder de Schermeer genoemd. De ruim vier meter beneden N.A.P. gelegen, min of meer haakvormige droogmakerij beslaat een oppervlakte van 4800 ha. Daarbij bedraagt de lengte 8,5 km en de breedte 4-7 km.

De drooglegging van de polder vond plaats in de jaren 1631-1635. Maar liefst 51 windmolens leverden hieraan een bijdrage. Er was daarbij van sprake van trapbemaling.
Zuid Zuidwestelijk van de Schermer bleef van de grote waterplas waaruit de droogmakerij voortkwam nog een als het Alkmaarder Meer bekende uitloper over. Langs de rand van dit meer zijn de ringdijk en -vaart van de Schermer vrij recht. Wel vertoont hun tracé er enkele knikken. Grotendeels ook vrij recht is de west noordwestelijke rand van de droogmakerij.
Zoals de meeste andere 17de-eeuwse polders kenmerkt de Schermer zich door een rechthoekig ontsluitings-, ontwaterings- en verkavelingspatroon. Middenin de Schermer is het door een grilliger percelering gekenmerkte poldertje De Matten een voormalig eiland.
De haakvormige vorm van de polder wordt min of meer weerspiegeld door het tracé van de twee hoofdweteringen, die de Noorder- en Zuidervaart werden genoemd. De minder belangrijke weteringen kregen namen met het achtervoegsel tocht. Voorbeelden van zulke secundaire weteringen zijn de Wester-, Noorder- en Zuidertocht.
De twee belangrijke vaarten worden aan beide kanten geflankeerd door de hoofdwegen van de droogmakerij. Aan die hoofdwegen staat een groot deel van de bebouwing.
Van de molens die de Schermer moesten bemalen werden er vele langs de randen van de polder gebouwd. Er kwamen echter ook een aantal in de buurt van de hoofdwegen te staan. In 1925 gingen elektrische gemalen de polder droog houden.
Zowel aan de westnoordwest- als zuid zuidwestrand van de polder werd de ringvaart in de 19de eeuw een onderdeel van het Noord Hollands Kanaal.