(1893-1930) Russisch dichter en toneelschrijver. Hij ging in 1910 naar de Moskouse academie voor beeldende kunsten, was in 1912 een der ondertekenaars van 'Futuristisch manifest' en moest hierom de academie verlaten.
Na 1917 stelde hij zijn kunst in dienst van het communisme en speelde een belangrijke rol in de literaire organisatie 'Links Kunstfront’, voornamelijk bestaande uit radicale futuristen. Poëzie o.a. Vojna i mir 1916 (= De oorlog en de wereld), Tsjelovek 1917 (= De mens), 150.000.000 1920; toneelwerk o.a. Misterijaboeff 1918 ( = Mysterie-bouffe), Klop 1928 ( = De wandluis) en Banja 1929 (= Het badhuis), dat de bureaucratie der SU aan de kaak stelde. M. pleegde in depressieve toestand zelfmoord.
