Dit begrip wordt gebruikt overeenkomstig zijn betekenis in het Burgerlijk Wetboek (Nota naar aanleiding van het verslag, EK 1997-1998, 25 621, nr. 270h, p. 2).
Een groep is een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen en vennootschappen die met elkaar in een groep zijn verbonden (artikel 2:24b Burgerlijk Wetboek).
Een groep pleegt te bestaan uit een dominerende rechtspersoon en een aantal afhankelijke rechtspersonen die ten dienste van de werkzaamheid van de dominerende rechtspersoon daarmee duurzaam zijn verbonden. Het wettelijk vereiste onafhankelijke netbeheer zal in het algemeen betekenen dat de rechtspersoon waarin het netbeheer is ondergebracht niet kan worden aangemerkt als een zodanig afhankelijke rechtspersoon. Of de rechtspersoon waarin het netbeheer wordt ondergebracht tot een groep kan worden gerekend hangt evenwel in hoofdzaak af van de feitelijke constellatie. Daarbinnen is een groepsverhouding ook mogelijk tussen twee of meer dominerende rechtspersonen (MvA, EK 1997-1998, 25 621, nr. 270c, p. 14).
Vergelijk: E: corporate governance, D: dochtermaatschappij, F: unbundling.