(oude vorm cŏlōs), ōris, m. kleur, colorem ducere, kleur krijgen (van druiven), Verg.; in ’t bijz., gelaatskleur, teint, en praegn. = schone teint, schoonheid. | overdr., in ’t alg., kleur, uitwendig voorkomen, uiterlijk, civitatis, Cic., vitae, Hor.; in ’t bijz., (van de rede, dictie) toon en kleur, koloriet, en praegn. = levendig koloriet, gloed; dare colorem rebus turpibus, vergoelijken, Quint.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk