De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Gepubliceerd op 13-06-2020

Smith

betekenis & definitie

Adam (17231790), Eng. econoom, grondlegger van de staathuishoudkunde als wetenschap. Hoogl. in moraalfilosofie en logica te Glasgow.

Hoofd-werk: Inquiry into the nature and causes of the wealth of nations (1776). Beschouwde elke arbeid als productief, mits hij ruilwaarde van enige duurzaamheid toevoegt aan een stoffelijke zaak. Voorstander van vrijheid van het economisch verkeer; dit is volgens S. voorwaarde voor juiste verdeling van de arbeid en voor een zo groot mogelijke productie en welvaart. De theorieën van S. hebben tot in onze tijd grote invloed gehad op de econ. wetenschap.W. Robertson (1846-1894), Schots Prot. theoloog en oriëntalist. Als docent te Aberdeen afgezet wegens ketterij, later hoogl. te Cambridge. Als Bijbel-criticus op één lijn te stellen met A. Kuenen en J. Wellhausen. Hoofdwerk: Lectures on the religion of the Semiles.

< >