(Gr. phobos, vrees). Bij sommige zenuwziekten treedt de dwanggedachte op, dat er iets onaangenaams of gevaarlijks zou kunnen geschieden.
De onderstelling van deze mogelijkheid gaat regelmatig met hevige angst gepaard. De toestand pleegt in te treden, zodra de situatie zich voordoet, waarop de onderstelling betrekking heeft, bv. angst voor hangende voorwerpen, voor het betreden van open ruimten (pleinvrees), voor plaatsen, waar men in de diepte neerkijkt (hoogtevrees.).