fijnkorrelig sediment, door de wind naar bepaalde gebieden getransporteerd. Vnl. afkomstig van woestijnen en door gletsjers na de Ijstijd verlaten delen van N.-Europa en N.-Amerika.
De samenstelling is daarom verschillend; de Limburgse L. is van noordelijke oorsprong, de daar voorkomende op L. gelijkende lemen worden aan verwering van krijtgesteenten toegeschreven.