Mnl.: haan, vrl. hen, jong: kuiken, castraat: kapoen. Broedperiode: Maart-Juni.
Broedtijd: 21 dagen, 12 tot 15 eieren per broedsel. Jonge hanen worden na 3 maanden geslacht, behalve de voor de fok bestemde. Jonge hennen zijn na 4 maanden aan de leg. Maximale eierproductie per jaar ca 300, normaal ca 200. Hennen moeten na ze jaar wegens verminderde eierproductie geslacht worden. De beste „braadkip” is echter de éénjarige hen, ouder zijn het „soepkippen”. Gemest hoen levert de zgn. poularde.Hoofdvoedsel: kuiken eerste 24 uur niets behalve water, tot twee weken beschuit met hardgekookt ei en tarwegries, daarna gemengd kuikenvoer (allerlei zaden). Nadien voer voor volwassen hoenders, t.w. als ochtendvoer (t.b.v. eierproductie) eiwithoudend meel, als avondvoer (t.b.v. vleesproductie) graan, in het bijzonder gerst gemengd met tarwe en mais, zonnepitten en vers groenvoer.
Behuizing: hokken, luchtig doch tochtvrij, zindelijk, zon, ca 1½ m2 per dier.
Ziekten. Diphteritis (zgn. snot) waartegen als voorbehoedmiddel kaliumpermanganaat op gezette tijden door drinkwater.
