zijn de grassoorten die verbouwd worden om hun meelhoudende vruchten. Naast zetmeel en eiwit bevatten ze een weinig suiker, dextrine, vet, ruwvezel en as (zouten van fosforzuur, kali, magnesia).
Uit graan wordt bereid : meel, brood, zetmeel, stijfsel, sago, gort, vermicelli, bier, kleefstof, alkohol, gist. Het stro wordt gebruikt als strooisel en als veevoer, als pakmateriaal, voor dakbedekking enz. De afvalproducten worden tot veevoer verwerkt.