dierlijke (Protozoa), kleine diertjes bestaande uit een kern met plasma en daarom vergeleken met de cel van de meercellige dieren. De E. zijn tot alle levensverrichtingen in staat.
Ze bewegen zich voort met pseudopodiën*, ciliën* of flagellen*. Deze doen ook dienst als tastorganen. Voor inwendige steun treft men een soort skelet van fibrillen aan, voor uitwendige steun een soort hulsel, membraan, dat uit kiezelzuur, cellulose of andere stoffen , kan zijn opgebouwd. Vloeibaar voedsel wordt opgenomen door osmose*. Het plasma is in het algemeen gevoelig voor licht.