Ceramische producten noemt men in het algemeen voorwerpen, die van min of meer gezuiverde klei worden gevormd, en tot hoge temperaturen worden verhit, waarna het onverglaasde biscuit (tweemaal gebakken) meestal met een glazuur*-laag wordt bedekt, teneinde het poreuze baksel geheel ondoordringbaar te maken voor vocht. Bij hogere temperaturen (tot 1300 gr.
C.) ontstaat een product, waarvan de poriën door samenkitting van het materiaal gesloten zijn; de voorwerpen op deze wijze gevormd, dienen als gebruiksgoed en voor technische doeleinden. Hiertoe behoort ook het Wedgwood’"-porselein, dat een dichte scherf heeft van bijna witte kleur, en bijna even ondoordringbaar is voor vocht als glas. Een derde soort, het gesinterde biscuit, ontstaat bij nog hogere temperaturen, nl. boven 1300 gr. C.; het heeft een gladde glasachtige scherf en onderscheidt zich door een zeer hoge graad van hardheid en weerstand tegen atmosferische en chemische invloeden. Het porselein wordt veelvuldig voor technische doeleinden in de industrie toegepast, het zachtere eindproduct, dat echter veel breekbaarder is, voor kunst- en luxe voorwerpen. Het vervaardigen der kleivormen geschiedt meestal uit de hand, gedeeltelijk met werktuigen, zoals bijv. de draaischijf. Naar gelang van zijn gesteldheid en het glazuur, waarmede het bedekt zal worden, wordt het aardewerk één- of tweemaal gebakken in ovens, waarvan talrijke constructies bekend zijn, waarna de versiering kan plaatsvinden.Deze geschiedt, hetzij door bedekking met een laag gekleurd glazuur, hetzij door beschildering, hetgeen zowel onder als op de glazuurlaag kan worden uitgevoerd. Voor onderglazuur-schilderen worden kleurstoffen gebruikt, die in het vuur min of meer sinteren; voor de tweede manier past men een licht smeltbaar email toe, dat in een moffeloven glad wordt gebrand. Bij het majolica*schilderen wordt de versiering met een penseel onmiddellijk op het ondoorzichtige tinglazuur aangebracht. Plastische en tevens gekleurde versieringen kunnen worden aangebracht door langs bepaalde lijnen de klei uit te diepen en in de groeven klei van een andere kleur aan te brengen, zodat het z.g. intarsiawerk ontstaat. Een andere versieringswijze is het sgrafitto, waarbij door gedeeltelijke wegschrapping van over elkaar gelegde gekleurde kleilagen, bepaalde partijen der onderliggende lagen weer zichtbaar gemaakt worden, zodat op deze wijze een veelkleurig effect te voorschijn wordt geroepen.