(z Achilles), sterke hielpees, die de grote kuitspieren met het achterste uitsteeksel van het hielbeen verbindt. Genaamd naar de plek waar Achilles’ moeder hem vasthield, toen zij het kind in de Styx dompelde om het onkwetsbaar te maken, en die zodoende niet met het water in aanraking kwam.
Fig. betekent A. : zwakke, kwetsbare plek.