Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Gepubliceerd op 19-09-2019

jus. (recht)

betekenis & definitie

(j = j) (Lat.) o. recht; ~ angariae, recht van beslag op schepen, ten dienste v. d. staat; ~ belli ac pacis, recht van oorlog en vrede; ~ canonicum, kerkelijk recht; ~ civile, burgerlijk recht; ~ constituendum, voor de toekomst geldend recht; ~ contro versum, betwist rechtspunt; ~ criminale, strafrecht; ~ divinum, goddelijk recht; ~ est ars boni et aequi, het recht is de kunst v. h. goede en het rechtvaardige; ~ gentium, volkenrecht; ~ humanum, menselijk recht; ~ et norma loquendi, de wet en regel van de taal; ~ in personam, persoonlijk recht; ~ in re, zakelijk recht; ~ non scriptum, ongeschreven recht; ~ pilei, recht v. d. hoed, fig. de vrijheid; ~ privatum, burgerlijk recht; ~ promovendi, promotierecht; ~ publicum, publiek recht, staatsrecht; ~ talionis, recht van wedervergelding, van weerwraak; ~ utendi, gebruiksreçût; ~ vitae ac (et) necis, recht over leven en dood.