m. scheidsrechters (1 iem., die door partijen in een geschil wordt aangewezen of aanvaard om tussen hen uitspraak te doen; arbiter; 2 iem., wien bij een spel, wedstrijd enz. de zorg voor de naleving der spel- en wedstrijdregels is opgedragen):
1. als scheidsrechter in een aangelegenheid v. e. schip geroepen;
2. de scheidsrechter verklaarde de doelpunten ongeldig.