Gepubliceerd op 11-11-2021

opslag

betekenis & definitie

m., in bet. 6 opslagen(1 het opslaan, inz. der ogen: blik; 2 verhoging, vermeerdering van loon, pacht, prijs; 3 het opslaan, opleggen van koopmansgoederen; 4 plaats, waar goederen worden bewaard; 5 hoger bod, opbod; 6 omgeslagen gedeelte v. een kledingstuk; 7 uitspruitsel, gewas, dat opkomt zonder door den mens te zijn geplant of gezaaid; scheut onder aan een boom):

1. de opslag zijner ogen is oprecht;
2. voortdurende opslag van de eerste levensbehoeften; opslag van 5 gld.;
3. de opslag van goederen op de opslagplaats;
4. een opslag voor hout;
5. iets bij opslag verkopen, d. i. de kopers bieden tegen elkaar op, noemen telkens een hogere prijs, verg. afslag;
6. rode opslagen aan de mouwen ener uniform;
7. eiken opslag.

< >