Gepubliceerd op 11-11-2021

laden

betekenis & definitie

laadde, h. geladen (1 bevrachten; belasten; een last in of op iets brengen; 2 v. e. vuurwapen: met kruit en kogels vullen; 3 electr. een of ander toestel electrisch maken; 4 op zich nemen fig.):

1. een kar, een kameel laden; laden en lossen;
2. een geweer laden;
3. een batterij laden;
4. de verantwoordelijkheid op zich laden; nog: men heeft het op hem geladen, gemunt.

< >