Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie Z
- zwijmeldrank
- zwijmeldronken
- zwijmelen
- zwijmelgeest
- zwijmeling
- zwijmelkelk
- zwijmelroes
- zwijmen
- zwijn
- zwijnachtig
- zwijnegel
- zwijnen
- zwijnenaard
- zwijnenboel
- zwijnendistel
- zwijnenjacht
- zwijnenjongen
- zwijnenkot
- zwijnenstal
- zwijnentrog
- zwijnenvlees
- zwijnerij
- zwijnjak
- zwijnshoofd
- zwijntje
- zwijntjesjager
- zwik
- zwikboor
- zwikgat
- zwikhout
- zwikje
- zwikken
- zwikstelling
- zwikzwak
- zwil
- zwilk
- zwilken
- zwilwratten
- zwin
- zwindel
- zwindelen
- zwing
- zwingel
- zwingelaar
- zwingelbord
- zwingelen
- zwingelkeet
- zwingelkooi
- zwingelmolen, m. zwingelmolens (ijzeren wiel met dunne, scherpe plankjes, om het vlas te zwingelen)
- zwingelplank
- zwingelspaan
- zwingelstoel
- Zwingliaan
- zwirrelen
- Zwitser
- Zwitserland
- Zwitsers
- zwoegen
- zwoeger
- zwoel
- zwoelheid
- zwoerd, zwoord
