XYZ van de klassieke muziek

Katja Reichenfeld (2003)

Gepubliceerd op 21-03-2017

Modernisme

betekenis & definitie

Modernisme is een term voor uiteenlopende stromingen in de kunst die het idee van vooruitgang nastreven. Vanaf begin 19e eeuw verschijnt het begrip in muzikale geschriften als tegenhanger van antiek, klassiek, christelijk en middeleeuws.

In ruime zin wordt de term gebruikt voor de westerse kunst die zich eind 18e eeuw van haar adellijke en kerkelijke opdrachtgevers losmaakte, waarna ze autonoom volgens haar eigen esthetische principes werd gecreëerd. De componist werd van nederig dienaar tot bovenmenselijk genie. Hem ging het erom, eigen regels te scheppen om daarmee het nieuwe te bereiken.

In engere zin wordt met de term de postwagneriaanse muziek aangeduid, waarin sterk met vorm, tonaliteit en orkestratie werd geëxperimenteerd. Modernistische trekken vindt men al bij Mahler en R. Strauss. Componisten als Busoni, Schönberg en Stravinski hebben zich zowel in hun muziek als in hun teksten radicaal afgezet tegen de vorige generaties. Er bestond een sterk geloof in de muzikale vooruitgang en de autonomie van de componist. Schönberg ging daarin zo ver, dat hij met zijn Verein für musikalische Privataufführungen (Vereniging voor muzikale privé-uitvoeringen) concerten organiseerde die alleen voor uitgenodigde vakmensen toegankelijk waren, terwijl het publiek niet welkom was.

Veel verschillende opvattingen van modernisme zijn sinds het begin van de 20e eeuw in omloop. Vanaf eind jaren 1970 ontstond vanuit het postmodernisme kritiek op de modernistische ideeën. In de postmodernistische kunstkritiek wordt onder andere aan het idee van vooruitgang getwijfeld.