Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Smits

betekenis & definitie

1° De Oude Heer, pseud. van Mark Prager → Lindo.

Dirk, Ned. dichter. * 20 Juni 1702 te Rotterdam, † 25 April 1752 te Hellevoetsluis. S. was ambtenaar van de accijnzen. Zijn letterkundig werk is verdienstelijk, al neemt het nergens een hooge vlucht.

Werken: Israels brandoffer (1737) ; Mengeldichten (1741); Over de Poëtische verrukking (1743) ; Rottestroom (1750, zijn bekendste, ofschoon niet zijn beste werk).

Uitg.: voll. werken (1823).

Lit.: N. Versteeg, in : Nagelaten gedichten van D. S. (1764) ; A. de Jager, D. S. (1852).

Piet Visser.

3° Eugène, Belg. schilder. * 1826 te Antwerpen, † 1912 te Brussel. Werkte te Brussel, Parijs en Rome. Schilderde portret, genre- en historiestukken. Werk in vsch. Belg. musea.
4° Jakob, kunstschilder. * 1856 te Rotterdam, † 1928 te Moll (Achterbosch, in de Kempen). Kwam in 1876 op de Académie des Arts Décoratifs te Brussel, studeerde verder te München en Warschau. Vestigde zich in 1895 in de Kempen, liet zich in 1900 in België naturaliseeren. S. schilderde de nederige landlieden met een innige melancholie en een groote, religieuze toewijding, hij schilderde ook de grootsche wijdheid van velden en bosschen. Zijn middelen zijn sober, soms ruw, dan weer met een email-achtigen glans, maar steeds is hij diep en mystisch van gevoel. Dit kwam vooral uit in zijn bijbelsche tafereelen, die soms aan Rembrandt doen denken. Hij schildert den Heiland temidden van de Kempische boeren, in een innige atmosfeer. Publiceerde in 1911 een album met etsen, met inleiding van George Eekhoud. Men vindt van zijn beste werk in de musea van Brussel, Antwerpen, Gent, Brugge en Kortrijk. In Nederland werd hij pas goed bekend door een tentoonstelling in het Museum Boymans te Rotterdam in 1937. Te Moll is een monument voor S. opgericht.

Engelman.

Lit.: G. Eekhoud ; A. Breuer ; Cam. Lemonnier.

5° Joannes Henricus, seminarieregent. * 11 Febr. 1780 te Eindhoven, † 10 Juli 1854 te St. Michielsgestel. In 1805 priester gewijd te Grave. S. heeft bijna zijn geheele loopbaan als priester doorgebracht in het klein-seminarie van Den Bosch. Tijdens de moeilijkheden met Napoleon was hij belast met de jurisdictie van het vicariaat. Vanaf 1815 tot aan zijn dood had hij de leiding van het klein-seminarie. Zijn aanteekeningen vormen een belangrijke bron voor de geschiedenis van het Bossche diocees in de eerste helft van de 19e eeuw.

Lit.: F. Fransen, De Troebelen in het Bossche Vicariaat tijdens de overheersching van Napoleon I (in : Bossche Bijdragen I 1917).

de Haas.

6° Judocus, stichter van de Ned. Kath. dagbladpers. * 7 Maart 1813 te Eindhoven, † 1872 te Amsterdam. Priester gewijd te Oegstgeest (1838). In 1839 kapelaan te Waalwijk, ging S. in 1842 in de journalistiek. S. werd redacteur van De NoordBrabander, het eenige Kath. blad in Nederland destijds. Wegens onenigheid met de uitgeefster verliet hij het Bossche blad en stichtte De → Tijd (1845).

Sinds 1846 leidde S. zijn blad te Amsterdam. Tot aan zijn dood nam S. een eerste plaats in onder de pioniers in den strijd der NoordNed. Katholieken om werkelijk vrij te worden.

Lit.: Witlox, De Kath. Staatspartij (II 1927).

de Haas.

7° Willem, Minderbroeder. * 1704 te Kevelaer, † 1 Dec. 1770 te Antwerpen, waar hij het Museum philologico-sacrum voor opleiding in de Bijbelstudie had opgericht en bestuurde. S. legde vooral nadruk op de studie der Oostersche talen. Zijn (onvolledig gebleven) Ned. Bijbelvertaling met uitvoerige verklaring was speciaal belangrijk doordat nauwkeurig was rekening gehouden met de afwijkingen in de Prot. Ned. Bijbelvertaling.

Lit.: Dirks, Hist. litt. (386 vlg.) ; J. Goyens, Une école biblique (in : Franc. Arch. Hist., XII 1919, 8 vlg.).

v. d. Borne.

< >