Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Matthias

betekenis & definitie

Een der 72 leerlingen, die steeds met de Apostelen omgegaan had, werd na Jesus’ hemelvaart onder de Apostelen opgenomen (Act. 1.21-26). Zijn naam beteekent: geschenk Gods. Over zijn verder leven loopen de berichten uiteen.

Volgens Nicephorus Callistus (H.E.2.40) predikte hij in Ethiopië en werd daar gemarteld. Een andere overlevering plaatst zijn prediking in Judea, waar hij door de Joden gesteenigd werd. Keizerin Helena zou zijn relikwieën overgebracht hebben naar Rome.

De Bollandisten (Acta S.S. 3 Mei) vermoeden hier een verwisseling met Matthias, bisschop van Jerusalem.Drie apocriefe geschriften staan op naam van M.: eenige Evangeliefragmenten, Overleveringen en eenige spreuken, waarvan Zahn (Geschichte N.T. Kanon II, 751) de echtheid verdedigt, welke Harnack ontkent (Chronik, Altchr. litt. 597). De Overleveringen van M., vooral de spreuk: „men moet het vleesch bestrijden, maar de ziel voeden met geloof en kennis” oefenden invloed uit op de gnostici, vooral op Basilides en Valentinus. Deze apocriefen zijn slechts in schaarsche citaten overgeleverd en dateeren uit de 2e helft der 2e eeuw. De feestdag van Matthias (24 Febr.) wordt in sommige streken van Duitschland en Oostenrijk als het begin van de lente bijzonder gevierd. De Oostersche Kerk viert zijn feest op 9 Aug.

Voor voorst. in de kunst, zie → Apostel. Lit.: Hollandisten, Acta Sanct. (24 Febr. en 3 Mei); Hennccke, Neutestam. Apokryphen. Kroon.

< >