Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Makkum

betekenis & definitie

Dorp van ca. 2 000 inw. in de Friesche gem. → Wonseradeel, aan het IJselmeer (XI 208 A2); tevens Kath. parochie. In vroeger eeuwen had M. zeescheepvaart en -handel; thans is er nog eenige industrie: kalkbranderijen, aardewerk (sedert 1660) en steenbakkerijen; verder visscherij. Oostelijk van M. ligt het Makkumermeer, een van de weinige groote droogmakerijen in Friesland (1877-’78).

Ten W. van het dorp ligt de Makkumerwaard, een voormalige zandplaat, door de totstandkoming van het IJselmeer drooggevallen (waarsch. bestemd voor cultuurgrond). M. kreeg er eenige stranddrukte door. Het dorp kreeg een nieuwe verbinding dwars door deze waard met het IJselmeer, waardoor de scheepvaart op en via M. toenam.

In 1935 werd te M. een kunsthuis geopend. van der Meer

< >