Een mengsel van twee deelen waterstof en één deel zuurstof, zooals het bijv. ontstaat bij electrolyse van water, wanneer de aan de electroden ontwikkelde gassen niet gescheiden worden opgevangen. Bij uitbreiding wordt de term ook gebruikt voor mengsels van andere brandbare gassen met zuurstof, of van andere oxydeerende gassen met waterstof. Zoo spreekt men van acetyleenknalgas en van chloorknalgas, resp. mengsels van acetyleen met zuurstof en van chloor met waterstof.
K. zelf, d.i. dus bovengenoemd uiterst explosief mengsel, is veel te gevaarlijk om gebruikt te worden; men voert steeds de zuurstof en waterstof in afzonderlijke vaten, en laat deze eerst in de vlam samentreden. Deze knalgasvlam ontwikkelt een temperatuur van 2 500° C en wordt tegenwoordig veel gebruikt voor het lasschen en snijden van metalen, vooral van ijzer, al heeft zij in het electrisch lasschen een ernstige concur rent gekregen. Anderzijds zijn beide principes verwerkt in de „atomaire vlam”.
Zernike.