Ook: kalktuf of travertijn, noemt men in de mineralogie poreuze kalksteen, ontstaan als neerslag van kalkspaat uit het water van koude en warme bronnen. Komt de k. onmiddellijk rondom de bron tot afzetting, dan kunnen zeer fraaie kalksinterterrassen gevormd worden (Mammouth Hot Spring in Yellowstone Park, V.
St.). De neerslag van de kalkspaat berust op het ontwijken van kooldioxyde (CO2), waardoor het oplosbare bicarbonaat van calcium als onoplosbare kalkspaat (calciumcarbonaat) neerslaat, terwijl ook ➝ kalkalgen een rol kunnen spelen.
In het meertje van Rokanje op Voorne vormt zich door de werking van kalkalgen een korst van k. rondom voorwerpen. K. laat zich gemakkelijk in blokken zagen.
Daarop berust de toepassing als bouwmateriaal. In het Oude Rome werd als bouwsteen k. uit de Ital.
Apennijnen gebruikt, die bekend is onder den naam: travertijn [Lat. lapis tiburtinis, naar de stad Tibur (tegenw. Tivoli) bij Rome].