Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 15-08-2019

Joseph van Arimathea

betekenis & definitie

Lid van het Sanhedrin, die van Pilatus verlof vroeg en kreeg om Jesus’ lijk van het kruis af te nemen en te begraven (Mt. 27.57-60).

In de Christelijke iconographie wordt J. als nevenfiguur, samen met Nicodemus, behandeld bij de Kruisafneming, Beweening en Graflegging. Beiden zijn gekleed in het kleed der deftige burgerij, Nicodemus met langen baard, J. geschoren en zelfs kaal bij de Duitsche meesters en de Vlaamsche Primitieven: Rogier van der Weyden, Heemskerk, van Orley en op de Antwerpsche retabels. In Frankrijk dragen beiden gewoonlijk een baard, uitgenomen bij de Graflegging te Solesmes en op het glasraam te Evreux (15e eeuw). Men meent hierin den invloed van het mysteriespel te moeten zien.

Lit.: E. Mâle, L’art relig. en France à la fin du M. A. (31925, 73-74).

p. Gerlachus.

< >