(Oudheid), landschap in het Z. van Klein-Azië, op de N. helling van den Cilicischen Taurus. Slechts het N. gedeelte was den Romeinen bekend.
De inwoners, de Isauriërs, waren berucht om hun rooftochten en zeeschuimerij. Eerst keizer Probus (276-282 n.
Chr.) onderwierp hen voor korten tijd aan Romeinsch gezag. Weijermans.