1° Gem. in de prov. Namen, ten W. van Namen, aan de Sambre; opp. 1 831 ha, ca. 3 150 inw., grootendeels Kath.; landbouw; harden kalksteen.
Merkwaardigheid: grotten.2° Norbertijner abdij bij Namen; 1121 door den H. Norbertus gesticht; hier ontstonden de Annales Floreffienses (Mon. Germ. Hist. Script. XVI, 618); tijdens de Fr. Revolutie opgeheven; sinds 1819 ingericht tot klein-seminarie voor het bisdom Namen.