Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Fauves

betekenis & definitie

Fauves - spot- of scheldnaam van een groep Fransche schilders, die tusschen 1904 en ’09, op den grondslag van hetgeen zij van Cézanne en Gauguin hadden geleerd, onder aanvoering van Henri Matisse naar een algemeene, tegelijk subjectieve en min of meer abstracte kunstuitdrukking streefden. Tegen wat zij van de realisten als nabootsing van uiterlijkheid of stoffelijkheid smaadden, anderzijds tegen de „physieke sensibiliteit” der impressionisten in, trachtten zij door versterking van kleuren en lijnen en door directe, krachtige tegenstelling van vlakken en vormen tot een kunst te komen, die, synthetisch, rijk aan innerlijkheid zou zijn.

Behalve Matisse, maakten o.a. Derain, Othon Friesz, Maurice de Vlaminck, Albert Marquet en Jean Puy deel van deze beweging uit.Lit.: A. Salmon, La jeune peinture française (1912); T. Klingsor, L'art français depuis vingt ans (1921); A. Basler en C. Kunstler, La peinture indépendante en Franco (II. De Matisse à Segonzac, etc.). Koomen.