Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 05-06-2019

Doelmatigheid

betekenis & definitie

Doelmatigheid komt toe aan alles, wat aangepast is aan een doel. Doelmatig zijn dus in de eerste plaats die handelingen van redelijke wezens, welke geschikt zijn om een doel te bereiken, hetwelk zulk wezen zich heeft gesteld.

Maar ook met betrekking tot datgene, wat door de handelingen van redelijke wezens wordt voortgebracht, spreekt men van doelmatigheid. Zoo zegt men, dat een machine doelmatig is ingericht of doelmatig functionneert.Of aan een of ander ding doelmatigheid toekomt, kan de mensch uit bouw en functie van het ding in quaestie afleiden. Zoo leest o.m. de natuurgeleerde uit vorm en stand van bepaalde krassen op een vuursteen af, dat die bewerking werd aangebracht door een denkend en willend wezen en wel ter bereiking van dit of dat doel. Kent hij eenmaal het doel der bewerking, dan kan hij ook een oordeel vellen over de geschiktheid van het werktuig om dit doel te bereiken. Zoo echter doet ook de natuurphilosoof, die uit bouw en functie der natuurdingen afleidt, dat zij eenmaal werden voortgebracht door een alwijzen en almachtigen Schepper. Uit dienzelfden bouw en diezelfde functie leest hij tevens het doel af, hetwelk God met hun voortbrenging beoogde en kan dienovereenkomstig zich een oordeel vormen over hun doelmatigheid.

Dat met betrekking tot de natuur van doelmatigheid kan gesproken worden, wordt ontkend door het → mechanisme. Dit wijsgeerig systeem neemt o.m. aan, dat de dingen dezer wereld zouden ontstaan zijn door een toevallig samenspel van blinde natuurkrachten. Buiten tal van misvormingen en mislukkingen zouden deze krachten in den loop der tijden nu en dan het aanzijn hebben geschonken aan een ding, dat aangepast was aan het milieu en daarom kon blijven voortbestaan. Op al te menschelijke wijze zou nu de gewone mensch en ook de finalistisch denkende wijsgeer de genoemde, door toeval geworden aangepastheid interpreteeren als een doelmatigheid, gewild en bewerkt door een verstandelijk wezen.

Werd de mechanistische verklaring van natuurdoelmatigheid tot voor kort bijna algemeen gehuldigd door de natuurgeleerden, thans plaatsen velen zich op meer finalistisch standpunt. Toch is het er nog ver van af, dat ieder, die zich finalist noemt, de doelmatigheid in de natuur opvat en verklaart, zooals dit hierboven werd gedaan. Velen volgen hier de → Kantiaansche wijsbegeerte en leeren, dat wij menschen het begrip doelmatigheid noodig hebben om ons een inzicht te verschaffen in de natuur. Dat echter de wereld inderdaad doelmatig ingericht zou zijn, wordt ontkend of minstens betwijfeld. Anderen daarentegen geven toe, dat de wereld doelmatig is ingericht, zoeken echter de laatste verklaring dezer doelmatigheid niet in het verstand en den wil van een persoonlijken, van de wereld onderscheiden God, maar kennen aan de natuur zelf verstand en wil toe. Th. v. d. Bom Doelmatigheidscritiek → Economie.