Carboniseeren - verkolen van plantendeelen, klitten, stroo, houtdeelen, plantenvezels in wol, lompen en wollen weefsels door hygroscopische middelen. Losse wol en stoffen worden meestal gecarboniseerd door drenken in verdund zwavelzuur, mechanisch verwijderen der overtollige zuuroplossing en drogen bij ong. 100° C. Er blijft dan een dunne laag geconcentreerd zwavelzuur (onschadelijk voor wol), die aan de vnl. uit cellulose bestaande plantendeelen het water onttrekt, zoodat koolstof (vergruisbaar) overblijft; volgt een neutraliseeren.
Lompen voor de verwerking tot ➝ kunstwol worden door carboniseeren bevrijd van katoenen voering en naaigaren, meestal door gasvormig zoutzuur bij analoge werking.
“Frohn.
”