voering
(1980) (sch.) schaamlippen. • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • (Spectrum Sex Atlas. Een nieuwe geïllustreerde gids. 1978. Vertaling en bewerking Liselotte de Vaal & Otto M. de Vaal. 1981)
Marc De Coster (2020-2024)
(1980) (sch.) schaamlippen. • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • (Spectrum Sex Atlas. Een nieuwe geïllustreerde gids. 1978. Vertaling en bewerking Liselotte de Vaal & Otto M. de Vaal. 1981)
Wiktionary (2019)
voering - Zelfstandignaamwoord 1. de binnenbekleding van een voorwerp ♢ De jas was kapot, waardoor de voering eruit kwam. 2. het voeren (leiden) Woordherkomst Naamwoord van handeling van voeren met het achtervoegsel -ing.
B.D. Poppen (2000)
Bekleding op de buitenomtrek van de vang, waarmee wordt voorkomen dat plooien en velgen slijten tijdens het vangen. Deze voering kan van ijzer of hout zijn, bijv. een ingezaagde krom afgewerkte eiken plank, gebogen om het bovenwiel i.p.v. belegstukken, waarom de wilgehouten vangstukken grijpen. Ook hoep.
drs. L.A. Beeloo (1981)
binnenbekleding, o.a. van kledingstukken, waar het dient om naden te bedekken en gelegenheid geeft om een verwarmende tussenlaag, b.v. watten, aan te brengen.
Hans Heestermans (1977)
voering - 1°. In de verb. voering van (uit) de broek, als grappige omschrijving van het mannelijk lid. Jan Soet quam van de reys, en bracht zyn Huysvrouw Koek, 'k Hou meer, zey Tryn zyn Wyf van voering uyt de Broek, Pans Fluytje 12 [1675].2°. Vrouwelijk geslachtsdeel. Ook en meer bekend als het hottentottenschortje. De vrouwen (der Hot...
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en, in vakt. ook -s), 1. het voeren : 2. datgene waarmee iets van binnen bekleed wordt of is, stof tot voeren: de voering is doorgesleten; — inwendige bekleding met metaal van holle of doorboorde machinedelen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: