Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Antoni van Leeuwenhoek

betekenis & definitie

Natuurvorscher. * 24 Oct. 1632 te Delft (in de „Leeuwenhoek”), ✝ 26 Aug. 1723 aldaar. Ging op school te Delft, Warmond, Benthuizen, kwam toen in den lakenhandel te Amsterdam. Daarna te Delft, vele halfwetenschappelijke betrekkingen, ijker, landmeter, ook een soort stadsbode.

Zijn tweede huwelijk was met een geleerde vrouw” hij ging microscopen maken, bezat er ca. 200. L. vond met het microscoop de bloedlichaampjes, de infusoriën, den bloedsomloop in de haarvaten, de spermatozoën van hoogere en lagere dieren, en nog vele andere dingen, ook op plantaardig gebied. Alles wat in zijn handen kwam, legde hij onder het microscoop.

Zijn vriend Reynier de Graaf bracht hem in connectie met de Royal Society te Londen. Daarheen schreef hij zijn ontdekkingen, in „Sendbrieven”. Later is alles samengevat in „Alle sijne natuurlycke werken” en in Opera omnia.Schlichting.

< >