Allerheiligenbeeld is in de Christel, kunst een met de Aanbidding van het Lam verband houdende paraphrase van het 7e hoofdstuk van het Boek der Openbaring, dat als Epistel op Allerheiligendag gelezen wordt. Het eerst komt het A. voor, en wel als Aanb. van het Lam, in een Sacramentarium van Udine (Italië). Sinds het begin der 12e eeuw siert het als fresco de wanden van vele Duitsche kerken (Schwarzrheindorf: Oberkirche, Prüfenung bij Regensburg: kloosterkerk, enz.) Het zgn. Allerheiligenbild van Dürer in het Staatsmuseum te Weenen is veeleer een Drievuldigheidsbeeld in den vorm van een genadenstoel (zie plaat, Aanbidding der H. Drievuldigheid).
Knipping Voorstellingen, waarop alle heiligen te zamen worden afgebeeld komen in de schilderkunst niet vaak voor, wijl het onderwerp concentratie en actie mist. Deze moeilijkheid wordt meestal omzeild. door ze te verbinden met een ander onderwerp, de Kroning van Maria (Fra Angelico, H. v. d. Goes), de Aanbidding van het Lam (van Eyck), de Aanbidding der Koningen (Stefan Lochner), de Tronende Madonna (Duccio di Buoninsegna, Simone Martini), de Aanbidding der H. Drievuldigheid (Dürer), de Levensbron (J. v. Eyck). De meer dramatische vertellers koppelen ze bij voorkeur vast aan het Laatste Oordeel (J. v. Eyck, Petrus Christus, Jan Provost, Michelangelo in de Sixtijnsche kapel). Kunst van groepeering, karakteriseering en synthetiseering en daarbij de uitdrukking van de gelukzaligheid stellen hun hoogste eischen. Het is dus niet te verwonderen, dat alleen de meest verheven kunstenaars zich er aan konden wagen; maar evenmin, dat de zoo ontstane werken, met name de Aanbidding van het Lam en de Levensbron van v. Eyck, de Kroning van Maria door Fra Angelico en de Aanbidding van de H. Drievuldigheid door Dürer tot de hoogste prestaties van de geheele schilderkunst behooren. De Jager