zijn ontstaan uit definitief weefsel, dus niet uit jong weefsel aan een vegetatiepunt. Dit definitieve weefsel bezit dan cellen, die weer embryonaal kunnen worden, d.w.z. die door opeenvolgende deelingen een nieuwe spruit of wortel, soms een nieuw blad kunnen opbouwen.
Nieuwe spruiten bijv. aan bladeren van begonia, die op vochtige aarde gelegd zijn. Bouman.