(pi'ket) o. (-tenje) [Fi.piquet] A I. Eig, 1. houten paal die in de grond geslagen wordt : -ten om een terrein af te bakenen, om de richting aan te geven.
2. Mil. paal waaraan men de paarden vastmaakt in het leger.
II. Metn. 1. Mil. afdeling troepen die in tijd van nood marsvaardig staat om uit te rukken.
2. Uitbr. kleine afdeling tot ondersteuning van veldwachten opgesteld: brandpiket.
B (pi'ket) o. (-ten) [Fr.] soort van kaartspel tussen 2 personen, met 32 kaarten.