New journalism - (Eng.) vorm van journalistiek die de grote massa zou moeten aanspreken, dus met oog en oor voor alles wat in de belangstelling van de mensen staat; enige sensatiezucht moet de journalist dus niet vreemd zijn.
Het nieuws moet gebracht worden in kleine, makkelijk verteerbare porties, waarbij de journalist gebruik maakt van schrijftechnieken die romanschrijvers hanteren. Het verslag is meestal gesteld in de ik-vorm. De interviews worden doorspekt met lange citaten en persoonsbeschrijvingen (in Nederland bijv. Bibeb). Dit soort nieuwe journalistiek ontstond in Amerika in de jaren zestig. Men stelde toen vast dat het fictiegedeelte in een krant (korte verhalen, hoofdstukken uit nieuwe romans) veel beter gelezen werd dan het non-fictiegedeelte. Daarop vroegen sommige hoofdredacteuren zich af of men de succesvolle elementen van beide genres zou kunnen vermengen. Dit resulteerde ten slotte in het new journalism dat thans nog altijd veel invloed heeft in Amerika.