Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 09-12-2022

Orobio

betekenis & definitie

ISAAC OROBIO, den Nederlanderen, en ook elders bekend, door zijn geschil met den vermaarden Remonstrantschen Hoogleeraar PHILLIPPUS VAN LIMBORCH. Gebooren in Spanje, van Ouderen, den Godsdienst van 't Koninkrijk toegedaan, wierdt hij, nogthans, opgevoed in de leerbegrippen van het Joodendom; waar van hij evenwel niets anders waarnam, dan de Vasten en den Grooten Verzoendag. In 't eerst leide hij zich toe op de Wijsbegeerte van ARISTOTELES, en gaf vervolgens daar in onderwijs aan het Hoogeschool van Salamanca. Naderhand nam hij zijn verblijf te Sevilie, om 'er de Geneeskunde te oeffenen. Niet lang hadt hij aldaar vertoefd, of hij wierdt aangeklaagd als een Jood, en in de gevangenis der Inquisitie geworpen. Hij zelve geeft eene treffende beschrijving van de rampen en folteringen, welke hij, in den gedugten Kerker, heeft uitgestaan. Geworpen in een hok, naauwlijks groot genoeg om zich daar in te kunnen omkeeren, verzekert hij, dat zijne verdrietige opsluiting hem bijkans het verstand kostte, en meermaalen aan hem zelven deedt vraagen, “of hij inderdaad die OROBIO was, die in Sevilie vrij en vrank plagt te wandelen, op zijn gemak leefde, en Vrouw en Kinderen hadt”? Nu eens dagt hij, dat zijn voorgaande leeven slegts een droom was, en dat het Hok, gelijk het, waarschijnlijk, zijne sterfplaats zijn zoude, dus ook zijne geboorteplaats geweest was. Op andere tijden hieldt hij zich onledig met Overnatuurkundige Twistgedingen, waar in hij den drieleedigen post van Tegenwerper, Verweerder en Voorzitter bekleedde. Met deeze en soortgelijke harssenschimmen zich een geruimen tijd hebbende bezig gehouden, wierdt hij gebragt voor den Raad der Inquisitie, en, alzo hij standvastig bleef in het ontkennen van zijn joodendom, op den Pijnbank gebragt: waar van hij de volgende beschrijving geeft. In 't midden van een onderaardsch gewelf, door eenige toortzen verlicht, verscheen hij voor twee persoonen; een van hun was een Regter, de andere de Geheimschrijver van de Inquisitie. Op zijne aanhoudende ontkenning van 't geen men hem ten laste leide, gaf men hem over aan den Scherpregter, die hem voorts ontkleedde, handen en voeten met een touw bondt, en vervolgens deedt klimmen op een stoeltje, om alzo het touw te kunnen haalen door ijzeren ringen, in den muur vastgeklonken. Toen rukte men den stoel van onder de voeten des lijders, zodat hij aan het touw bleef hangen, hetwelk de Beul, van tijd tot tijd, vaster zamenrukte. Eene bijkans onlijdelijke pijn veroorzaaken de banden, wanneer dezelve in het vleesch dringen, en handen en voeten dermaate doen zwellen, dat het bloed aan de toppen der Nagelen wordt uitgeperst. In het oogenblik als OROBIO’s smarten het hoogste toppunt scheenen bereikt te hebben, verzekerde men hem, om hem eenen schrik aan te jaagen, dat dit slegts een begin was, en men hem, diensvolgens, raadde te bekennen. Ondanks dit alles bleef OROBIO standvastig. Men hieldt dan af van verdere folteringen, deedt zijne wonden geneezen, en ontsloeg hem uit den Kerker.

Zo ras hij zijne vrijheid hadt bekoomen, verliet hij Spanje, sloeg den weg in na Frankrijk, en wierdt vervolgens, Hoogleeraar in de Geneeskunde te Thoulouse. Hier gedroeg hij zich uitwendig als een Lid der Roomsche Kerke. Doch onmagtig om zijne waare gevoelens voor zich zelven te houden, en het openbaar maaken van dezelve in zijne tegenwoordige woonplaats voor onveilig houdende, vertrok hij na Amsterdam, deedt 'er openbaare belijdenis van den Joodschen Godsdienst, en liet zich besnijden. In de gemelde Stad oeffende hij de Geneeskunde, doch wierdt, intusschen, bekend met den geleerden VAN LIMBORCH, met welken hij eenen bescheiden pennestrijd voerde, over de waarheid van den Christlijken, met opzigt tot den Joodschen Godsdienst. De Amica Collatio of Vriendelijke Onderhandeling, behelzende een verslag van het Twistgeding, kan dienen tot een model van bescheidenheid voor de Geschilvoerende Godgeleerden. Jammer is het, dat de laatere Twistschrijvers zich daar aan niet gespiegeld hebben. Het ijveren voor de waarheid, of 't geen men daar voor aanziet, is pligtmaatig, mids het gepaard gaa met welleevendheid en zagtmoedigheid, welke de Apostel Liefde noemt. OROBIO overleedt, te Amsterdam, in hoogen ouderdom, in den Jaare 1687.

< >