van dien naam, volgens de oudste Chronijkschrijvers, vader van DIRK DEN I, Graaf van Holland, werd, in het Jaar 885, met eenen GARDOLF, door den Noorman GODEFRID, aan den Keizer gezonden. Terwijl hij in dit Gezantschap op weg was, maakten de Noormannen zig van zijne goederen en Graafschappen meester; ’t welk hem derwijze verbitterde, dat hij, terstond na zijne terugkomst, de zijde van GODEFRID verliet en die des Keizers koos. Doch alzo hij daar mede in het bezit zijner goederen niet hersteld werd, zond hij zijne twee zoonen, DIRK en WALGER, naar Frankrijk, alwaar hem, door de zuster hunner moeder, een goede opvoeding bezorgd werd. Na de nederlaag van GODEFRID, bekwamen GEROLF en zekere Uruaf EVERHARD hunne bezittingen te rug. Door gunste des Keizers ARHOLD, werd hij naderhand begiftigd met een bosch en akker, in zijn eigen Graafschap tusschen den Rhijn en Snithardershage, na bij Bodegrave en andere hoeven en wooningen, opgenoemd in den giftbrief, van ’t Jaar 889. Men meent dat hij in het Jaar 898 gestorven is, doch onzeker waar en op wat wijze. Ook wil men dat zijn dood, door zijnen zoon WALGER, gewrooken is.
MELIS STOKE en anderen.