Gepubliceerd op 28-04-2019

Afwezig — afwezend

betekenis & definitie

Het eerste is het gewone woord, het tweede minder gebruikelijk. Beide drukken uit dat een persoon zich niet bevindt op de plaats, waar men verwacht, dat hij zijn zal.

Afwezig geeft den toe¬stand aan, waarin de persoon verkeert; afwezend stelt den persoon als handelend voor, het stelt op den voorgrond dat men door het niet tegen¬woordig zijn geen deel aan eene handeling neemt. Afwezig staat tegenover aanwezig, afwezend tegenover tegenwoordig. In het gebruik echter worden beide woorden dikwijls verwisseld. De heer des huizes was afwezig of af¬wezend, toen zijn huis afbrandde. De gemachtigde trad voor de rechtbank op voor de afwezende erfgenamen.

< >