De algemeene beteekenis is: door de zintuigen indrukken in den geest opnemen; zij ver¬schillen ten opzichte van den graad der energie van den geest. Gewaar¬worden is het zwakst, het is het zich bewust worden van eene aandoening of een indruk.
Waarnemen is acht geven op de indrukken, die in ons tot bewustzijn komen en deze van elkander onderscheiden. Aanschouwen ver¬onderstelt aanwending van het oordeel en is het samenvatten van de ver¬schillende waarnemingen tot een geheel. De waarneming bepaalt zich tot eene enkele gewaarwording, de aanschouwing omvat er meerdere, zij beziet de zaak van verschillende kanten; zij blijft, het eigendom van den geest, ook nadat de zinnelijke indruk opgehouden heeft; de geest kan haar weer als voor het oog te voorschijn roepen , dit heet zich iets voorstellen. Aan¬schouwen , gewaarworden en waarnemen zijn ook synoniem, waar zij slechts eene werking van het gezicht aanduiden. Bij waarnemen gaat men dan opzettelijk te werk, terwijl gewaarworden bij toeval gebeurt.