Inheemse dieren

Gedigitaliseerd Ensie (1950)

Gepubliceerd op 15-02-2023

Kleine bonte strandloper

betekenis & definitie

(Calidris alpina, orde Steltlopers en Meeuwvogels)Snavel langer dan de kop, enigszins gebogen. 's Zomers met zwarte buik, 's winters borst en buik grijs. Bovenzijde roestbruin. 18 cm, zo groot als een spreeuw. Meest algemene Europese strandloper. Zoals vrijwel alle strandlopers levend in kolonies. Omstreeks de trektijd (maart-mei en juli-oktober) vaak bij duizenden langs de kust. De kleine bonte strandloper broedt vrij regelmatig in Nederland; de overige soorten zijn regelmatige doortrekkers.

< >