Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

fonoplaat

betekenis & definitie

(Grammofoon)plaat.

Terwijl de vader enkele fonoplaten wilde kopen, was het kind bezig aan een hoog rek te trekken waar talrijke fonoplaten lagen opgestapeld, Gazet v. Antw. 5/9/1977.

Dank zij fonoplaten of cassettes komen vreemdelingen bij u aan huis om met u te praten en u te doen praten, Vrouw en Wereld febr. 1977, p. 44.

Als u zo vignetten op uw formulier gekleefd hebt, kunt u uw fonoplaat komen afhalen, Uit een reclamefolder juni 1978.

Ook o.a.: DURNEZ z.j. (± 1958), 14. LIA TIMMERMANS 1962, 66. VAN AKEN 1965, 33. Gent 19/8/1976, p. 20. BOON 1977, 131. Davidsfonds 1977, 4, 15.

Sam.: fonoplatenverkoop; fonoplatenverkoper, koopster; fonoplaten winkel; fonoplatenzaak.

< >