Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

extremis

betekenis & definitie

In de verb. in extremis, op het allerlaatste moment; op het nippertje; ook: in de laatste minuten, op het einde (van een wedstrijd).

Twee minuten voor tijd kreeg Van der Elst... de mooiste kans om de uitgelopen doelman te lobben... maar hij werd in extremis gestopt, Gazet v. Antw. 21/4/1977.

Dat de plaatselijke verdediging in de ultieme minuten nog bibbergeld betaalde, want met een magere 1-0 voorsprong zat de kans erin dat Beerschot in extremis toch nog gelijk maakte, Gazet v. Antw. 3/7/1977.

De beslissing van de raad van Everbeek... over de reinigingsdienst... was in extremis, Gentenaar27/7/1977.

In extremis kwam het zondag te Geel-Winkelomheide nog tot een spurt van een groepje van vijf, Gazet v. Antw. 8/8/1977.

Toen de razzia’s begonnen, hing er heel wat paniek in de lucht. De amateurs - die nog steeds klandestien uitzenden... - trachtten elkaar nog in extremis op de hoogte te brengen. Voor velen was het al te laat, Gazet v. Antw. 23/5/1979.

Opm.: In de standaardt. uitsl. in toep. op een noodsituatie: in de hoogste nood, ook: in de laatste ogenblikken van het leven, op het sterfbed.

< >