Politieke betrouwbaarheid; ook: burgerzin, burgerdeugd, inz. m. betr. t. het ‘unitaire’ België.
Met de jaren is men aan veel gaan twijfelen: aan de deskundigheid en de onbaatzuchtigheid van de politieke klasse, aan de moed en de initiatiefzin van het grote patronaat, aan het civisme van de vakbondsleiders, aan de bekwaamheid van de administratie om het land te besturen,... aan het voortbestaan van België zelf, Standaard 19/2/1981.