Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

bekomen

betekenis & definitie

Ontvangen, (ver)krijgen, verwerven, bereiken; - ergens te bekomen zijn, te verkrijgen, te koop zijn; - van iem. bekomen dat -, van iem. gedaan krijgen dat -.

Moeder kan moeilijk van hem bekomen dat hij iets alleen doet, b.v. zich aankleden, Vrouw en Wereld maart 1975, p. 28.

Hij liet me ook het gedenkboek zien, dat ze bij zijn zestigste verjaardag hebben samengesteld. Men bekomt zo’n boek met naar zowat iedereen een mooi leeg blad papier te sturen, te vragen om daar wat op te schrijven of te tekenen, en dan de geretourneerde bladen tot een boek samen te binden, BOON 1977, 171.

Op ekonomisch vlak zijn de voorwaarden om werkloosheidsvergoeding te bekomen zwaarder voor gastarbeiders, Uit een reclamefolder Brussel, jan. 1977. Dames niet-leden kunnen al de gewenste inlichtingen bekomen bij de secretaresse, Maand febr. 1977, p. 5.

De Vlaamse gemeenschap had en heeft nog altijd niet de zelfstandigheid bekomen die een fundamenteel recht is van elke volksgemeenschap, Davidsfonds 1977, 4, 18.

Eens moesten ze met een hakmes op hem slaan om te bekomen dat hij zijn vrouw uit een wurgende greep zou loslaten, Gentenaar 1/6/1977.

Kaarten zijn te bekomen bij het Festival van Vlaanderen, Gentenaar 12/8/1977.

De kleine knutselaars worden goed geholpen door de duidelijke tekeningen, die zowel de werkwijze als het materiaal en het bekomen eindresultaat goed weergeven, Vrouw en Wereld nov. 1977, p. 40.

Als de leerling slaagt voor de testen bekomt hij zijn militair rijbewijs, Touring 12/1/1978, p. 11.

Wenst u het volledig jaarprogramma te bekomen, schrijf dan even naar de Mechelse Beiaardschool, Mech. 1/6/1978.

< >