(Tunis), in de Oudheid het gebied van Carthago, de belangrijkste handelsstad in het westelijke bekken van de Middellandse Zee. Na de verwoesting van Carthago door de Romeinen in 146 v.
Chr. behoorde het als provincie Afrika tot het Romeinse Rijk. Toen dit in de tijd van de Grote Volksverhuizing in verval geraakte, drongen de Vandalen Noord-Afrika binnen (429 n. Chr.). In 534 moesten ze het onderspit delven tegen de Oostromeinse legers. Omstreeks het jaar 700 werd het hele noorden van Afrika door de Moren, de mohammedaanse Arabieren, onderworpen. Van 1575 tot 1881 stond Tunesië onder Turkse heerschappij.
Van 1881 tot 1956 was het land een Frans protectoraat. Thans is het een onafhankelijke republiek (groot 164 150 km2) met 4,7 milj. inwoners. In de kustvlakte is landbouw. Door het ontbreken van steenkool en waterkracht heeft de industrie er zich niet kunnen ontwikkelen. Voornaamste uitvoerprodukten: wijn, tarwe, zuidvruchten, vroege groenten en fosfaten. De hoofdstad is Tunis.